AirborneArnhem.nl : Het Willem Tiemens Archief AA  ·  Home  ·  Over

voor meer: www.tiemens.info

 

HET "GULDEN SPIJKER"

 

De tak van de familie Tiemens waartoe ik behoor, heeft zijn wortels liggen in het park 'Gulden Bodem', nu een van Arnhems onvolprezen stadsparken. Ooit behoorde het tot het uitgebreide bezit van de familie Brantsen van kasteel Zijpendaal. Kasteel Zijpendaal te . . . Schaarsbergen! Tenminste, zo vonden de Brantsens dat vanaf het midden van de negentiende eeuw. Maar met de realisatie van de noordwaards gerichte uitbreidingen van Arnhem (Burgemeesterskwartier, Gulden Bodem) kwam Zijpendaal eigenlijk dichter bij Arnhem te liggen dan bij Schaarsbergen en zo raakte Schaarsbergen zijn 'kasteel' kwijt. De verwevenheid van de Tiemens-familiegeschiedenis met de locale is in twee woorden - één naam vormend – samen te vatten: 'Gulden Spijker'. Dit was de naam van het rentmeestershuis van de Brantsens, dat als een begrip in onze familie voortleeft. 

 

Een ansichtkaart die baronesse Brantsen - Bohlen verstuurde en waarop stond ZIJPENDAAL Schaarsbergen

 

 

Winter 2003: Kasteel Zijpendaal met rechts daarvan de oranjerie en het koetshuis. Rechts van de Zijpendaalseweg de parkeerplaats waar eens de boerderij stond. Aan de benedenrand van de foto de aftakking van het pad naar de 'dikke kastanjebomen', waarvan er nog juist één afsteekt tegen de sneuw rondom. De locatie van het Gulden Spijker valt dus net buiten de foto, evenals die van het koetshuis en van Het Jachthuis zelf (rechts van de rechter zijkant). Foto: Fokko Erhart, via Het Geldersch Landschap

 

Een huis voor de rentmeester

In 1852 laat de jonge Willem Gerard baron Brantsen (20), die samen met zijn moeder, Jacoba Charlotta Juliana barones van Heeckeren van Kell op het nabijgelegen kasteel Zijpendaal woont, enige tientallen meters ten noorden van de dikke tamme kastanjebomen bij de oostelijke inrit van het landgoed Gulden Bodem, een huis bouwen (kadastrale kavel M 204).

De rentmeesterswoning uit 1852

 

Met deze daad laat hij zien,  dat het hem ernst is om het werk van zijn vader, die een jaar daarvoor plotseling overleed, voort te zetten: het in cultuur brengen van de uitgestrekte woeste gronden die de familie ten noorden van de Schelmseweg had verworven en het tot ontwikkeling brengen van het dorp Schaarsbergen.Hoe het nieuwe huis er uit heeft gezien, weet ik niet. Had het iets weg van het huizenblokje Casa Nova aan de Kemperbergerweg, dat omstreeks dezelfde tijd in opdracht van de Brantsens werd gebouwd? Het zou kunnen. Wel verraadt nog een oude kadastrale schets wat de omtrek van het huisje op de Gulden Bodem, maar dat is dan ook alles dat we er nog van weten. Ik veronderstel dat het huisje bij de dikke tamme kastanjebomen toen ook al bestemd was voor de toenmalige rentmeester van de baron. Of het toen ook de naam Gulden Spijker droeg, weet ik niet. In de familiecorrespondentie uit die tijd waarin het nog bestond, komt de naam niet voor. De naam is overigens niet origineel. Hij komt op oude kaarten voor bij het 'spijker' (voorraadschuur) dat stond op de plaats waar nu het eilandje in de grote vijver van Sonsbeek ligt. Een van deze rentmeesters is Dirk Tiemens. Bij Dirks vertrek - hij werd rentmeester op het landgoed Elswout bij Haarlem, een prestigieus ambt - wordt hij opgevolgd door zijn neef Hendrik Jan Tiemens. Het kan zijn dat dat op voorspraak van neef Dirk is geschied. Het kan ook zijn, dat de keuze op de jonge Hendrik Jan (1848) viel, omdat hij in de familie Brantsen al naam had gemaakt als bouwkundige bij de werken aan huizen van de familie. Hoe dit ook zij, in 1875 betrekt de dan nog ongehuwde rentmeester zijn dienstwoning. Hij huwt op 28 januari 1876 met Adriana Helena Buitenweg uit De Bilt. Op 30 maart 1877 wordt hun eerste kind (zoon Hendrik Jan) op de Gulden Bodem geboren. Er zullen nog 7 kinderen volgen. Het kan niet anders of de dienstwoning wordt te klein voor het alsmaar uitdijend gezin van Hendrik en Jaantje.  In elk geval besluit de baron eind jaren tachtig naast het nog geen veertig jaar oude huisje een royalere woning voor zijn rentmeester te laten optrekken. Als die gereed is, wordt het kleine huisje gesloopt.

 

 

Links de woning uit 1852 die gesloopt zou worden en rechts het nieuwe huis, dat in elk geval de naam Gulden Spijker draagt

 

Een groter huis voor de rentmeester

Het nieuwe huis voert in elk geval de naam Gulden Spijker op de voorgevel. Van dit huis weten we wel hoe het er uitziet. In de eerste plaats kennen we de contouren die vastliggen in een kadastrale hulpkaart uit 1890. Die kaart laat ook zien, dat tegen aan de noordzijde van het huis meteen een kantoortje voor de rentmeester is opgetrokken, in welke aanbouw - naar ik veronderstel - ook nog wel een of meer slaapvertrekken zullen zijn ondergebracht. Interessant is, dat er een foto van de familie (voor de zuidgevel van het huis en in de sneeuw) bewaard is gebleven die op de dag van de zilveren bruiloft van Hendrik en Jaantje (28 januari 1901) is genomen.

 

Het Gulden Spijker op 28 januari 1901

 

Tot 1900

Het vierde kwart van de 19e eeuw wordt een bewogen tijdperk in de geschiedenis van Schaarsbergen, waar de baron van Zijpendaal honderden hectaren (deels nog woeste) grond en enkele boerderijen bezit.

Er wordt onder leiding van de rentmeester steeds meer heide ontgonnen, het bosareaal breidt zich gestaag uit. In de buurt van het N.H. kerkje, dat in 1869 op initiatief van Brantsen en enkele medestanders is gesticht, opent in 1882 de 'School met den Bijbel' zijn poorten. Alle acht kinderen van de rentmeester zullen deze school bezoeken. (Uniek is wel, dat zijn oudste zoon Hent in 1932 als architect verantwoordelijk is voor de grondige verbouwing van de school, waarvan hij oud-leerling is!)

 

 

De feestelijke opening van de School met de Bijbel op 2 september 1931 na de grondige verbouw. In het midden de voorzitter Hendrik Tiemens, geheel rechts zijn zoon Hendrik Jan ('Hent'), de architect van de verbouw. Voor hem zit zijn vrouw Wilmien

 

Inspirerende kracht achter de oprichting van de school is de jonge dominee mr. dr. Willem van den Bergh, sinds eind 1879 als predikant verbonden aan de Nederlands Hervormde Gemeente van Schaarsbergen. Voor de baron is de rol van belangrijke financier van de school weggelegd, terwijl de rentmeester de aangewezen persoon is om zich te bekommeren om de stoffelijke belangen van zowel de kerk als de school (10 jaar penningmeester en 33 jaar voorzitter). Het korte verblijf van Van den Bergh (hij vertrok in oktober 1884 naar Voorthuizen) heeft een onuitwisbare indruk op de jonge Schaarsbergse samenleving gemaakt. Niet alleen vanwege het verlies van zijn jonge vrouw, Ida Pierson. Ook Van den Bergh heeft een zwakke gezondheid, hij lijdt aan TBC. Hij is een rechtschapen en vroom man, heeft een groot verstand, is zeer bevlogen, werkt letterlijk dag en nacht en heeft een ruim diaconaal hart. En daar komt nog bij, dat hij met hart en ziel de gereformeerde stroming binnen de Nederlands Hervormde Kerk aanhangt. In Schaarsbergen vindt hij daarin medestanders. Een van hen is Hendrik Tiemens, met wie hij bevriend raakt. Ook na zijn vertrekt naar Voorthuizen, blijft hij contact houden met zijn geestverwanten in Schaarsbergen, die in steeds grotere problemen binnen hun kerk raken. De Schaarsbergse 'gereformeerden' vinden elkaar met name in de schoolcommissie. De ontwikkelingen die uiteindelijk tot de 'Doleantie' zullen leiden, doen zich in Schaarsbergen sterk voelen.

 

 

De baron (l) en zijn onverzettelijke rentmeester

 

Baron Brantsen kiest oppositie tegen de gereformeerden. Ook hij heeft medestanders, vooral in de kring van degenen die voor hun dagelijks brood van hem afhankelijk zijn. Een conflict tussen de baron en zijn rentmeester kan niet uitblijven. De baron stelt een ultimatum: als de rentmeester zijn houding in de geloofskwestie niet opgeeft, kan hij vertrekken; geweten of brood. Hendrik blijft zijn geweten volgen en de baron zegt hem ontslag aan. Van den Bergh poogt nog te bemiddelen, maar zonder resultaat naar het lijkt. Zorgelijke tijden voor Hendrik en Jaantje met hun inmiddels zeven kinderen. Maar ook de baron zal zich niet gemakkelijk hebben gevoeld bij het dreigend verlies van zijn bekwame rentmeester. Op 30 april 1890, de dag voordat het aangezegde ontslag zal ingaan, overlijdt Willem van den Bergh in Montreux, 40 jaar oud slechts en kort tevoren benoemd tot hoogleraar aan de Vije Universiteit in Amsterdam.

 

Mr. dr. Willem van den Bergh, gerespecteerd door beide kemphanen

 

Grote verslagenheid in Schaarsbergen, grote verslagenheid in protestants Nederland. Men voelt, dat een groot mens is heengegaan. Hebben de kemphanen in kasteel Zijpendaal en in het Gulden Spijker in het overlijden van Van den Bergh op de dag zij elkaar de rug zouden toekeren, een teken uit de hemel gezien? Een vermaning, een oproep tot inkeer? Als je kennis neemt van de correspondentie van Hendrik uit die tijd, is dat zeker niet onmogelijk. In alle ernstige gebeurtenissen uit zijn tijd zag hij oproepen tot inkeer. Hoe dit ook zij, het ontslag is niet doorgegaan, Hendrik blijft als kerkvoogd van de Nederlands Hervormde Gemeente in Schaarsbergen functioneren en hij blijft ook aan als voorzitter van het schoolbestuur. Maar gaat ondertussen wel met zijn gezin mee met de Doleantie. In 1890 betrekt de familie Tiemens het nieuwe huis dat de baron voor zijn rentmeester heeft laten bouwen. Eind 1891 wordt het laatste kind van Hendrik en Jaantje geboren, Arend Willem. Voor een gezin met acht opgroeiende kinderen wordt ook de nieuwe behuizing al spoedig te klein. Omstreeks 1902 stemt de baronesse (de baron overleed plotseling in 1899) in met verbouw van het Gulden Spijker, er komt een extra verdieping op het huis. Ook wordt er een stenen schuurtje bijgebouwd, waarin ook ruimte is voor het houden van een varken.

 

 

Gelijktijdig met de vergroting van het huis in 1902 wordt er ook een stenen schuurtje naast gezet. De foto laat duidelijk zien dat het Gulden Spijker er een verdieping extra bij heeft gekregen

 

 

Vrnl. het stenen schuurtje, de aanbouw en het huis

 

Hendrik en Jaantje in de deuropening van het stenen schuurtje

 

Wanneer in 1914 de Eerste Wereldoorlog uitbreekt, leeft de familie erg mee met het wel en wee van de schoonzoon van de oude baronesse, die sinds 1894 getrouwd is met haar enige dochter, Alwina. Karl Leopold Eugen Graf von der Goltz vecht als generaal der cavalerie am Kaisers Seite in België en Noord-Frankrijk en beleeft daar menig hachelijk avontuur. In 1918 komt hij in het gevolg van Kaiser Wilhelm II - hij is diens vleugeladjudant - naar Nederland. Het gezin Von der Goltz vestigt zich in 1919 in Het Jachthuis op de Gulden Bodem. In 1926 sterft de oude baronesse op kasteel Zijpendaal, maar de Von der Goltzen blijven op Het Jachthuis wonen. Nog tijdens het leven van de baronesse waren er al onderhandelingen gestart met de gemeente Arnhem over de verkoop van Zijpendaal. Maar partijen konden niet tot overeenstemming komen, waarna Dr. J.C Hartogs, de stichter van de Enka kunstzijdefabriek in Arnhem, het landgoed in 1925 kocht. Hij stond het vervolgens in bruikleen aan de gemeente af, die het uiteindelijk in 1930 van Hartogs kocht.

 

 

Het Gulden Bodemensemble, gevormd door: links onder Het Jachthuis met links daarboven het koetshuis, rechts het boerderijcomplex langs de Zijpendaalseweg, boven het Gulden Spijker

 

Na het overlijden van de baronesse dient de inmiddels  bejaarde rentmeester van het Gulden Spijker – hij viert eind 1924 zijn 50-jarige ambtsjubileum - voortaan gravin en graaf Von der Goltz. Hij wordt daarbij bijgestaan door zijn zoon Adriaan. Adriaan, wiens vrouw op 4 juni 1931 overlijdt, komt met zijn drie kinderen bij zijn ouders in het Gulden Spijker wonen. Zijn vader is dan nog steeds voorzitter van het schoolbestuur en kerkvoogd in Schaarsbergen. In 1932 overlijdt Hendrik, zijn vrouw Jaantje sterft twee jaar na hem. Zoon Adriaan volgt zijn vader dan op als rentmeester. Ook in het Schoolbestuur neemt Adriaan de plaats van zijn vader in (voorzitter 1933 – 1955). De verhouding tussen de zachtaardige Adriaan en de ‘moeilijke’ gravin is gespannen. Hij mist het natuurlijke overwicht van zijn vader. Wanneer in mei 1940 de Duitsers ons land binnenvallen en de graaf zijn pro-Duitse gezindheid niet onder stoelen of banken steekt, moet de jonge rentmeester schipperen tussen hem en zijn echtgenote, die er niet voor terugdeinsde openlijk voor haar Oranjegezindheid uit te komen. Hadden zij en haar man ook niet een doorslaggevende rol gespeeld in de totstandkoming van de verbintenis tussen prinses Juliana en prins Bernhard? Zal zij, de laatste echte Brantsen, zoals ze zichzelf graag noemt, haar gezindheid moeten verbergen? Wie denkt dat ze dat doet, kent haar niet! Met de graaf loopt het overigens niet goed af. Wanneer op 17 september 1944 de massale luchtlanding bij Arnhem plaatsvindt, is het voor de Generalmajor a.D. duidelijk, dat de Duitse nederlaag nog slechts een kwestie van tijd is. De gedachte een dergelijke vernedering voor de tweede maal te moeten meemaken, is hem teveel. Hij berooft zich van het leven. Ondanks dat in september 1944 eerst de bevolking van Arnhem wordt geëvacueerd en op 3 november 1944 die van Schaarsbergen, lukt het Adriaan met zijn oudste zonen stand te houden in het Gulden Spijker. Wanneer er in de nacht van 12 op 13 april 1945, voorafgaand aan de bevrijding, vanuit de Betuwe een hevige artillerievuur op het gebied ten noorden van Arnhem wordt gelegd,  wordt ook het Gulden Spijker getroffen. Het huis brandt af boven de hoofden van de rentmeester en zijn twee zonen, die in de kelder dekking hebben gezocht. Met het afbranden van het huis zijn ook de vergevorderde plannen van de familie van de baan om het van de gravin te kopen.

 

De sloop van het Gulden Spijker wordt in 1947 in de kadastrale kaart verwerkt, alleen het stenen schuurtje staat dan nog op de kaart en de bekende Schaarsbergse kunstschilder (toen nog Arnhemmer) Floris Tiele tekende het in die tijd

 

 

In 1947 wordt de sloop van het huis in de kadastrale kaart verwerkt. Alleen het stenen schuurtje dat naast het huis stond, houdt nog enige jaren dapper stand. Toen is ook dat afgebroken. Na het  Gulden Spijker verdwijnen er nog meer beeldbepalende elementen uit het landgoed Gulden Bodem. Niet door oorlogsgeweld, maar door toedoen van de gemeente Arnhem, die het park koopt van de erfgenamen van de laatste bewoner,  Alwina gravin von der Goltz - Brantsen († 1957).

 

Het Jachthuis in volle glorie

 

Zo verdwijnt in 1964 met Het Jachthuis het hart uit het landgoed Gulden Bodem. Reden voor de sloop: teveel achterstallig onderhoud! Het boerderijcomplex aan de Zijpendaalseweg, aan de rand van dit landgoed gelegen en tegenover kasteel Zijpendaal moet in 1966 wijken voor een voorgenomen verbreding van de weg op een ogenblik, dat al bekend was dat die niet meer nodig zou zijn! De klassieke kwekerij/tuin achter de boerderij wordt ingeplant met sparrenbomen en verder aan zijn lot overgelaten.

 

 

Uitzicht in zuidelijke richting vanaf ongeveer de locatie van het Gulden Spijker. Links op de achtergrond het boerderijcomplex aan de Zijpendaalseweg. Op de heuvel achter het schuurtje is de berceau zichtbaar

 

De gemeente Arnhem neemt ook de bossen en de meeste bebouwing tussen de Kemperbergerweg, Koningsweg, Deelenseweg en Schelmseweg (het huidige landgoed Schaarsbergen) van de erfgenamen over. En daarmee kwam een einde aan een belangrijke periode in de geschiedenis van Arnhem in het algemeen en van Schaarsbergen in het bijzonder, waarin generaties van Brantsens hun stempel op de de ontwikkeling hebben gedrukt. Hoewel . . .*)

 

 

Deze twee foto's tonen het schrille contrast aan tussen de situatie anno 1929 en die in 1995

 

Midden jaren negentig vatten Margriet en ik het plan op om eens na te gaan of er mogelijkheden zijn om tot het terugbouwen in enigerlei vorm te komen van het Gulden Spijker. Geen simpel plan, want de bewuste plaats maakt inmiddels deel uit van het stadspark Gulden Bodem. Een bouwkavel afsplitsen van en woningbouw plegen in een van de stadsparken die Arnhem en de Arnhemmers koesteren; dat is een gedachte die tijd en een vruchtbare voedingsbodem nodig heeft om te rijpen! Maar voor ons ligt die in het verlengde van de discussie die er ooit binnen de familie en met de gravin over aankoop van het Gulden Spijker was gevoerd. Welnu, de voedingsbodem is er in de vorm van de historie die met de plaats is verbonden. Ons plan om tot een aanvaardbare vorm van terugbouw van het Gulden Spijker spoort wonderwel met het in de gelederen van het ambtelijk apparaat van de gemeente Arnhem doorbrekend besef, dat men indertijd wel bijzonder onzorgvuldig met de Gulden Bodem is omgesprongen. Het 'Gulden Spijkerplan' kan een ombuiging van de negatieve spiraal markeren. In elk geval ondervinden we veel support van de monumentenambtenaar drs. Jan Wessels. Geheel in overeenstemming met hun natuur stellen de mensen van het 'groen' zich aanzienlijk gereserveerder op tegenover het plan, hoewel zij in het verleden het gebied onder hun ogen hebben laten verloederen. Maar ook zij laten zich, evenals de Vereniging Vrienden van Sonsbeek, Zijpendaal en Gulden Bodem en het Arnhems Historisch genootschap, winnen voor het plan. Uiteindelijk krijgen wij ook het college van B & W en de gemeenteraad mee. Zelfs de water- en energieleverancier NUON en de provincie Gelderland (compensatieaanplant van bos) zijn bereid tot een royale medewerking. Helaas is het de Arnhemse Welstandcommissie, die - onvolledig voorgelicht door een ambtenaar die tegen het plan is gekant, maar die reeds tweemaal is overruled - een spaak in het wiel steekt. Aan haar werk, het beoordelen van het fraaie schetsontwerp van de Arnhemse architect Theo Wismans, komt zij niet eens toe.

 

 

Het oude Gulden Spijker en face en het ontwerp van het nieuwe, dat weer verwees naar de oorspronkelijke, minder volumineuze rentmeesterswoning

 

De commissie spreekt zich mordicus tegen de bouw in het stadspark uit. Hoogst merkwaardig overigens, want daar gaat zo'n  commissie nu juist niét over. Maar toch … B & W laat in de persoon van wethouder Lenferink doorschemeren het advies van de Welstandcommissie niet naast zich neer te willen leggen. Na de problemen die het gemeentebestuur kort tevoren met dezelfde Welstandscommissie heeft gehad over de nieuwbouw van de verzekeraar Ohra, zit het niet te wachten op een nieuw conflict. Er ontstaat voor ons dus een uitzichtloze situatie, waarin het verder investeren in het Gulden Spijkerplan niet langer verantwoord is. Wessels wil nog wel doorgaan, maar wij gooien de handdoek in de ring en wijken in 1996 uit naar Doorwerth.

 

Wat ons na zoveel jaren rest, behalve de dierbare herinnering aan en foto's van een huis waaraan zoveel historie kleeft, zijn een fraai schetsontwerp van Theo Wismans, enkele ordners vol met documentatie, die we in het kader van het Gulden Spijkerplan verzamelden en een mapje met kadastrale informatie die wij van onze goede vriend Feike Vlas ontvingen. Alles bij elkaar genomen een goede basis voor het boekstaven van de sterk verweven familiegeschiedenis en plaatselijke geschiedenis onder hun gemeenschappelijke noemer:

'Gulden Spijker'.

 

*) De gemeente Arnhem was hiermee nog niet geheel van de Brantsen-erfgenamen af. Zoals zoveel scheidingen, verloopt ook deze niet geheel zonder pijn. Bij de verkoop van hun bezittingen aan de gemeente, hebben de erven Von der Goltz bedongen, dat zij een bosperceel op de hoek van de Schelmseweg en Deelenseweg zouden kunnen terugkopen om er een huis op te bouwen, indien de plannen van de gemeente voor de stadsuitbreiding ten noorden van de Schelmseweg geen doorgang zouden vinden. Door een bestemmingsplanwijziging maakt de gemeente woningbouw op het beoogde terrein echter onmogelijk. De erven Brantsen voelen zich door de gemeente Arnhem (per slot van rekening hun contractspartner!) 'gepakt'. Maar zij moeten door procederen tot de Raad van State om hun recht terug te krijgen. Intussen heeft het aangrenzende Burgers' Dierenpark zich ontwikkeld tot Burgers' Zoo, met de verkeersstromen en parkeerperikelen die meer dan een miljoen bezoekers per jaar met zich meebrengen. Daardoor heeft het plekje van de erven zijn aantrekkelijkheid als woonplaats inmiddels volledig verloren. Zij verkopen het uiteindelijk aan Burgers' Zoo.

 

Klik hier om terug te gaan naar de Home Page.